Diergezondheid anno 2014

Menno WiersmaCOLUMNS

Het dieptepunt van de recessie mag dan officieel voorbij zijn, de diergezondheid anno 2014 laat desondanks nogal eens te wensen over. De jaarlijkse check-up en dito enting van huisdieren blijft geregeld achterwege. Al dan niet ingegeven door onzinverhalen die over het internet de ronde doen. Het past de baasjes in de beurs het dierenartsbezoekje dit jaar maar even over te slaan. Mede hierdoor worden we geconfronteerd met zieke dieren, die al in een veel eerder stadium aan ons aangeboden hadden moeten worden…

Diereigenaren herkennen lang niet altijd tijdig de symptomen, waardoor ze te laat hun dierenarts raadplegen. Meestal door onwetendheid. De huidige economische situatie helpt daar helaas ook bepaald niet bij. Eigenaren zijn juist hierdoor geneigd een bezoek aan de praktijk uit te stellen. Vaak blijkt dat bij juiste voorlichting diereigenaren wel degelijk gemotiveerd zijn om op advies van de dierenarts verdere diagnose te doen en therapie in te zetten. Op internet circuleren echter soms de grootste nonsens. Jaarlijks enten zou zinloos zijn. Professor Horzinek, van wie ik nota bene nog les heb gehad, wordt daarbij geciteerd. Zijn bevindingen worden helaas volledig uit hun verband gerukt. ´Een hond eenmaal in de drie jaar enten tegen hondenziekte is ruim voldoende.´  Dat klopt als een bus en dat doen wij ook. Maar dat geldt NIET voor de ziekte van Weil. Wil je je hond goed beschermen, dan moet je daar jaarlijks tegen vaccineren. Wat betreft katten is dat exact zo. Tegen kattenziekte is eenmaal in de drie jaar enten afdoende. Maar bij niesziekte geldt, overigens net als bij de griepprik bij mensen, dat er slechts voor een jaar immuniteit wordt geboden. Bijkomend voordeel is dat wij bij die jaarlijkse gezondheidscheck meteen het dier even helemaal nakijken. Dat mondt nogal eens uit in het verwijderen van een knobbeltje of het saneren van een gebitje. We loeren namelijk ook altijd even in het bekkie. En daar mankeert nogal eens wat. En vanuit een vies gebit kunnen zich allerlei vervelende complicaties voordoen. Van slechter eten tot zelfs een hartklepontsteking.

“Natuurlijk preekt de dierenarts voor zijn eigen parochie!”, zo lees ik op internetfora. Klopt! Ik help huisdieren graag tegen een billijke vergoeding, maar dat doe ik liever dan dat ik in een later stadium het baasje moet vertellen dat ik dat niet meer kan!

Drankorgel?

Neem Baccardi. Eén van de drie katten van Bas met een naam uit de slijterij. Is Bas alcoholist? Beslist niet, maar op z’n tijd neemt ie gewoon een lekkere neut. (En zijn Breezer en Smirnof zijn trouwens evenmin verslaafd.) Baccardi was ooit eens voor een slecht gebit behandeld en kreeg van mij steeds weer een herhalingsreceptje voor ontstoken tandvlees. Totdat hij bijna helemaal niet meer at. Bij nadere inspectie was duidelijk dat ik het gebit weer eens goed te grazen moest nemen. Had ik al veel eerder moeten doen. Nu heeft ie alleen nog drie hoektanden over, maar eet weer als de beste. Zonder medicijnen! Zowel Bas als zijn kat zijn daarbij gebaat. En zo sla ik meteen een bruggetje naar het feit dat februari ook dit jaar weer de Maand van het gebit is. Meer daarover weten? Kijk op site van de gebitsverzorging.            Logo_Maand_vd_Gebitsverzorging

En vanwaar nu die titel van dit verhaaltje? Die slaat noch op Baccardi, noch op mijzelf. Al schrijf ik dit stukje toch wel ietsje makkelijker als ik mijn geliefde ouzootje op heb…

BreezerFebruari 2014                                                                                     (foto: Johan Draaisma)